Na de zeer fraaie duik in super zicht van vorige week weer terug naar de brug. Het is rustig weer en een beetje regenachtig. Vermoedelijk is het daarom vrij rustig bij de brug. Ik ga bijna als laatste te water, een paar minuten voor de LW-kentering. Tja, de vijf meter van vorige week gaan we bij lange na niet halen. Jammer, maar anderhalve meter is ook nog prima te doen. Ik duik naar de westzijde van de pijler en ga op zoek naar de twee zeepaardjes voor vorige week. Toen zaten ze hoog in de stokjes. Nu zitten beide paardjes laag bij de grond. Ik duik een paar keer heen en weer en op een gegeven moment komen er twee duikers langs. Ik wijs het beige zeepaardje aan en ga weer terug naar de donkere variant een paar meter verder. Na een half uur vind ik het wel genoeg en ga ik nog een half uurtje over de vlakte snuffelen. Diverse sepia’s, veel krabben, wat botervis. Ik zoek eigenlijk naar de wulken. Vorige week hadden we er een stuk of tien. Nu vind ik er geen eentje. Zal wel aan de diepte liggen. Twintig meter of 12 à 13 scheelt wel even, maar in mijn eentje wil ik niet helemaal naar de tweede pijler. Ik duik weer richting oost en ga na een uur weer langzaam ondieper. Ik zie wat garnalen, krabben en botervis. Grappig is dat ik weer wat stokjes tegen kom en direct een zeepaardje zie zitten. Toch maar wat foto’s gemaakt. Ik denk ons zevende/achtste verschillende zeepaardje bij de zeelandbrug dit jaar. De stroming begin stevig te worden en ik besluit maar richting de dijk en trap te gaan. Ondiep nog wat visjes en steurgarnalen. Ik focus me nog even op de ogen van de garnaal. De drie minuten safety-stop duurt tweemaal zo lang en dan ben ik tevreden. Anderhalf uur is lang genoeg en mijn blaas vind het ook welletjes. De parkeerplaats is alweer half leeg zie ik als ik de dijktrap afloop.
Na de Zeelandbrug rijd ik nog even door naar de Grevelingen. Ik ga weer eens kijken bij het kabbelaarsrif bij de haven van Scharendijke. Het is heel rustig en ik zie dat er iemand bij een van de wrakjes ligt. Na het omkleden loop ik via de steiger naar de trap. Iets voorbij de Serpent zie ik een vijftal zeehonden aan de oppervlakte spelen. Ben benieuwd of ze me nog lastig komen vallen tijdens de duik. Ik zak langzaam onder en duik naar het oefenplatform. Hier zitten heel veel steenbolken. Ze zijn te druk om met de 30 mm vast te leggen. Het zicht wordt trouwens ineens heel slecht. Snap er niets van, zo beroerd duik ik toch niet. Ik scharrel wat rond en ik zie nog een ruig krabbetje in een oester verscholen zitten. Na een minuut of twintig duik ik verder richting de wrakjes. Onderweg nog wat rifbollen inspecteren. Ik zie veel kreeft, nog meer noordzeekrabben en ook best veel zeenaalden. Verder het standaard Grevelingenleven. Zicht op het ondiepe wrakje is ruim vier meter, maar het diepere wrak ligt in de mist en bezoek ik dus niet. Via de rifbollen weer terug naar het platform, maar het zicht is lokaal nog steeds matig. Na 70 minuten weer bij de steiger. Bij de auto staan Janny en Bruno. Effe bijkletsen en dan vertellen ze dat er ook en zeehond bij het platform was. Aha, vermoedelijk dus de dader van het ineens matige zicht en niet mijn duikskills.